Title
Wat vind jij van Belgisch-Nederlands en Nederlands-Nederlands?
Nederlandse koffie schenk je in een kopje, Vlaamse in een tas. Voor Nederlanders lijkt het dan alsof je koffie uit je handtas drinkt, in Vlaamse omgangstaal ook wel sakosj genoemd. Ga je in Nederland een pintje pakken om het weekend in te zetten, dan heet dat inpilsen en dat doe je tijdens de vrijmibo (‘vrijdagmiddagborrel’). Schotel je Nederlanders eten voor, dan zeggen ze vaak “Nou, lekker” nog voor ze geproefd hebben. En is bij Vlamingen lekker vooral op eten van toepassing, dan is bij Nederlanders het toepassingsgebied ruimer. Als het mooi weer is in Vlaanderen, een pak minder koud, dat is het voor de Nederlander een lekker weertje, veel minder koud dan voordien.
Hoe dan ook: Belgisch-Nederlands en Nederlands-Nederlands worden door de Nederlandse Taalunie erkend als twee evenwaardige variëteiten van het Nederlands, te vergelijken met het Brits-Engels en het Amerikaans-Engels. Beide variëteiten delen veel, maar hebben ook elk hun eigenheid.
Dimitri Verhulst laat zich dan ook niet graag beknotten. Dat zegt hij aan Humo (24 augustus 2010):
“Om waarachtig te schrijven, schrijf ik zoals ik gebekt ben. Ik ga steigeren als een corrector van een Nederlandse uitgeverij mij probeert te verbieden om het over een tas koffie te hebben. Van de zes miljoen Vlamingen zal alleen een bescheten half percent het over een kopje koffie hebben. Wie eigent zich dan het recht toe om te beweren dat een tas een kopje moet zijn? Voor Godverdomse dagen op een godverdomse bol heb ik dan ook een Vlaamse professionele meelezer geëist – daardoor weet ik nu dat er eigenlijk geen verschil is (lachje).
Ik word baldadig als die Nederlanders me beknotten in mijn vrijheid van schrijven: dan ben ik zelfs geneigd om het over een sportkabas te hebben in plaats van over een sporttas – van sporttas willen die Hollanders eigenlijk weekendtas maken.”